Op het spreekuur zullen we rond 35-36 weken met je bespreken wanneer je ons uiterlijk moet bellen als de bevalling zich aandient. De belinstructies worden dan persoonlijk afgestemd. We vinden het prettig om op tijd gebeld te worden bij de bevalling, zodat we je goed kunnen begeleiden en de tijd hebben om naar je toe te komen.

Als je vindt dat je ons nodig hebt, bel ons dan! Telefonisch kunnen we een inschatting maken of het nodig is om bij je langs te komen. Tijdens dit bezoek kunnen we kijken of en in hoeverre de bevalling begonnen is. Ook kunnen we samen kijken welke begeleiding je op dat moment nodig hebt. Beval je niet van je eerste kind dan kan vooral het laatste deel van de bevalling snel gaan. Je doet er dan verstandig aan ons te waarschuwen zodra je het gevoel hebt dat de bevalling begonnen is. 

Bel ons in ieder geval: (0252-235323 / optie 1)

• Bij een eerste kind: bij 2 uur lang weeën om de 4-5 minuten, die ongeveer 1 minuut aanhouden
• Bij een tweede of volgend kind: bij 1 uur lang weeën om de 5 minuten, die ongeveer 40-50 seconden duren.
• Direct bij: gebroken vliezen met groen/bruin/geel vruchtwater of bij twijfel over de kleur of als het hoofdje nog niet is ingedaald
• Tussen 09.00-22.00 uur bij: gebroken vliezen met helder vruchtwater én als het hoofdje is ingedaald
• Bij een combinatie van bovenstaande
• Wanneer je denkt dat de bevalling is begonnen voor de 37^ste week van de zwangerschap
• Bij bloedverlies met een hoeveelheid meer dan een menstruatie en/of grote stolsels
• Indien je je kindje te weinig voelt bewegen
• Bij zorgen/vragen/ongerustheid

Anti-paniekcursus voor vaders

Een bevalling begeleiden in 10 stappen
Als de verloskundige te laat is...

Van top tot teen geïnstrueerd, bel je natuurlijk direct naar de verloskundige als je vrouw aangeeft dat het moment daar is. Vooral als het om het eerste kindje gaat, heeft de verloskundige nog tijd genoeg om te komen. Het persen voor een eerste kind duurt nog best lang, en al helemaal als je vrouw niet echt actief meeperst. Bij een tweede of volgend kind, gaat de bevalling vaak een stuk sneller en kun soms ineens overvallen worden door de snelheid.
Maar voor het geval dat de verloskundige wèl te laat is... Leer ze uit je hoofd of print ze uit. Want met deze 10 stappen bij de hand, red je de situatie en hoef je niet in paniek te raken.

BEL: 0252-235323 – optie 1
TIP 1: zet ons op de telefoonspeaker, dan praten we je er doorheen.
TIP 2: zet de voordeur alvast op een kier, we zijn onderweg!

1. Voorbereiding is alles! Leg hydrofiele luiers of handdoeken en een muts voor de baby klaar. Bescherm het bed met matjes en een zeiltje uit het kraampakket of gewoon met vuilniszakken.

2. Probeer je vrouw zoveel als mogelijk te laten zuchten.

3. Help je vrouw op bed te gaan liggen en trek eventuele kleding uit.  

4. Als je de vagina open ziet gaan, dan komt de baby er echt aan. Tot die tijd hoef je niets te doen.

5. Als het hoofdje geboren is, volgt de rest meestal vanzelf. Zo niet, dan zul je een handje moeten helpen. Omvat het hoofdje aan weerszijden met je handen en druk tijdens een wee het hoofdje naar beneden (in het matras). Laat je vrouw uit alle macht meepersen. Zo wordt meestal de voorste schouder geboren.  Als je de schouder onder het schaambot door ziet komen, dan beweeg je de baby in zijn geheel richting de buik van de moeder.  Zij perst mee – je zult zien dat het lijfje er dan makkelijk uit komt.

6. Meestal begint een baby binnen korte tijd na de geboorte te huilen. Het is normaal dat de baby in eerste instantie een beetje blauw/paars van kleur is.  Als de baby niet begint te huilen, slap is of bleek/blauw van kleur oogt, dan kun je de baby flink ruw afdrogen, zo prikkel je hem/haar goed te gaan huilen. Met je knokkels krachtig over de ruggengraat wrijven of onder de voetzolen wrijven/krabbelen kan ook helpen om de baby te laten huilen. Let op of de baby na het huilen hierna mooi roze kleurt, de handjes en voetjes kunnen nog wat langer blauw/paars blijven, dit is normaal.

7. Droog de baby goed af en leg hem op de blote buik van je vrouw. Let erop dat zowel de baby als de buik van zijn moeder goed droog zijn. De baby zit nog vast aan de navelstreng en heeft daardoor niet veel bewegingsruimte; zorg dat er niet teveel spanning op de navelstreng staat.

8. Bedek de baby met de hydrofiele luiers of handdoeken, zet een muts op het hoofdje en sla het dekbed of deken over baby en moeder heen. Het is belangrijk dat de baby goed warm blijft. Let er wel op dat het mondje en het neusje vrij liggen voor de baby om goed te blijven ademen.  

9. De navelstreng kun je laten zitten tot de verloskundige er is. De placenta blijft meestal nog even in de baarmoeder, de verloskundige zal deze helpen geboren te worden.

10. Je vrouw verliest wat bloed na de bevalling, dit is normaal. Hiervoor kun je matjes uit het kraampakket gebruiken om dit op te vangen.